Na 74 dagen vond ik mijn antwoorden, maar dat was niet waar mijn reis stopte. Ik kwam terug naar Nederland, zegde mijn huur op, ontdeed me van nog meer spullen en vertrok voor onbepaalde tijd op reis.
Ik ging terug naar Griekenland om mijn auto op te halen en terwijl het mijn plan was om naar Nederland terug te rijden bedacht ik me dat het leuk kon zijn nog eerst een rondje te rijden door Peloponnesos (het vaste land van Griekenland).
Zoals altijd bepaalde ik mijn richting op basis van een plaatsnaam die er mooi geschreven stond en zo belande ik in Kalo Nero, waarvan later bleek dat het Goed Water betekent.
Op aandringen van een ober ontmoette ik Lucianos, een jongeman die er zijn doel van maakte me minimaal 1 maand in de regio te houden. Hij vond voor mij een slaapplek bij zijn oom Sakis in Kyparissia. In plaats van 2 nachten bleef ik 10 weken, want alles viel op z’n plek.
Het was alsof ik er mijn paradijs mocht vinden. Met bergen die uitlopen in zee, vergezichten die mij het gevoel van Hawaï geven en zon, vruchtbare grond en olijfbomen in overvloed.
Kijk ik om me heen dan zie ik mijn lievelingskleuren: natuurgroen en duizend tinten blauw. Verdwijnt de zon achter de horizon dan is de hemel als een regenboog, overal pastel.
De nacht is zo zwart dat ik miljoenen sterren zie stralen. Die me er aan herinneren dat ik op planeet Aarde ben. En voel ik me bij het zien van die oneindige ruimte zo intens dankbaar dat we hier als mensen, nu, in het paradijs mogen leven.
Een cultuur die vol is met simpelheid, puur. Met respect en liefde voor eten, zo veel kennis over gezondheid en waar het nog gebruikelijk is te leven in verbinding met de natuur.
Een plek ver weg van de massa, waar het stil is, ruimtelijk, inspirerend en eenvoudig.